DE NEDERLANDSE MIEREN nlmieren.nl
HOME- SITEMAP
GEWONE SLANKMIEREN - Leptothorax acervorum, L. gredleri, L. muscorum
 
Kop van de behaarde slankmier. Let op de afstaande haren op het lange, eerste voelsprietlid. Foto: antweb.org.
 


Grote slankmieren vind je vaak in de buurt van andere mierennesten. Nesten van grotere soorten. De slankmieren scharrelen op hun vuilnisbelten naar afval waaraan voor hun nog wat eetbaars zit.

Herkennen
Grote slankmieren zijn knoopmieren die het meest lijken op zaadmieren Tetramorium en dwergslankmieren Temnothorax (zie aldaar voor de verschillen).
Er zijn drie soorten grote slankmieren: de behaarde slankmier Leptothorax acervorum, de even grote gladde slankmier L. gredleri en de wat kleinere mosslankmier L. muscorum. De behaarde onderscheidt zich van de overige twee doordat ze op hun dijen en lange eerste voelsprietlid afstaande haartjes hebben. Bij de andere twee zijn deze haartjes aanliggend. Het verschil tussen de mos- en de gladde is lastiger. In het algemeen heeft de mosslankmier een geheel donkere kop, terwijl de gladde aan de onderzijde van de kop net zo licht gepigmenteerd is als het borststuk. Om het helemaal zeker te weten moet je kijken naar de lengte van het eerste (lange) en tweede voelsprietlid. Bereiken die samen net aan de koprand, dan gaat het om de mosslankmier en als de eerste en de helft van de tweede de koprand bereiken dan gaat het om de gladde slankmier.

Habitat
De drie soorten kunnen naast elkaar voorkomen. Er lijkt geen verschil te zijn in hun habitat. Wat de plek van het nest betreft valt het op dat de mosslankmier relatief vaak zit in een verharde massa van mosrhizozomen en aarde. Maar net als de andere twee bewonen ze net zo goed holle takjes.
De behaarde slankmier is ook te vinden in de schors van levende (laag bij de grond) en dode bomen en ook in de nesten van rode bosmieren. Uit onderzoek van 85 rode bosmiernesten in de duinen van Bergen (NH) bleek dat in 25 % van de nesten behaarde slankmieren voorkwamen (Boer 2010). Agressie tussen behaarde slankmieren en rode bosmieren heb ik nooit kunnen waarnemen.

Voorkomen
De behaarde slankmier is algemeen op de zandgronden. De mosslankmier is plaatselijk vrij algemeen op de hoge zandgronden en Zuid-Limburg en komt daar aanmerkelijk minder voor dan de behaarde slankmier. In de kustgebieden alleen voorkomend op Terschelling en Schiermonnikoog. Van de gladde slankmier is zeldzaam in de oostelijke helft van het land.

Parasieten
Er zijn in de ons omringende landen diverse parasitair levende mierensoorten in de nesten van grote slankmieren gevonden. Deze zijn mogelijk ook bij ons te verwachten. De bekendste daarvan is de nijptangmier Harpagoxenus sublaevis.

Bronnen
Boer P 2010. Mieren van de Benelux. Stichting Jeugdbondsuitgeverij, 's Graveland. 184pp.



Kop van de mosslankmier. Het eerste voelsprietlid heeft aanliggende haartjes. De dwarsverbindingen tussen de lengteribbels zijn in het midden van de kop sterker dan bij de gladde slankmier. Foto: antweb.org

 
 
Behaarde slankmier.Foto: antweb.org.
   
 
Kop van de gladde slankmier. Het eerste voelsprietlid heeft aanliggende haartjes. De dwarsverbindingen tussen de lengteribbels zijn in het midden van de kop zwakker dan bij de mosslankmier.
Foto: antweb.org
   

 

Peter Boer, laatste update: 05.04.2022